Een van de grootste aanpassingen in het beleid is de manier waarop windenergie wordt ingepast. In plaats van verspreide windmolens kiest de provincie nu voor clustering. Dit betekent dat windparken geconcentreerd worden in een paar goed onderzochte voorkeursgebieden. Dit moet de ruimtelijke impact verkleinen en de energieopwekking efficiënter maken.
Daarnaast is er een minimale clustergrootte ingevoerd. Windprojecten buiten de aangewezen gebieden moeten bestaan uit minimaal vier windturbines. Hiermee wil de provincie versnippering tegengaan en beter rekening houden met het landschap. Ook wordt participatie van omwonenden steeds belangrijker. Lokale energiecoöperaties krijgen meer kansen om financieel deel te nemen aan projecten.
Ook het beleid rondom zonne-energie is gewijzigd. De provincie heeft de zonneladder aangescherpt, waardoor er meer focus ligt op zonnepanelen op daken en bestaande infrastructuur. Grootschalige zonneparken op landbouwgrond worden ontmoedigd, tenzij ze bijdragen aan natuurontwikkeling of het verdienmodel van agrariërs versterken.
Er is echter nog wel ruimte voor kleinschalige lokale initiatieven. Boeren en andere grondeigenaren kunnen op kleine schaal zonnepanelen plaatsen als aanvulling op hun bedrijfsvoering. De provincie benadrukt echter dat deze projecten niet mogen uitgroeien tot grootschalige zonneparken zonder duidelijke ruimtelijke inpassing.
De wijzigingen in het PPE van 2024 zijn ingevoerd na een herziening van de eerdere beleidskaders. Dit zijn de grootste veranderingen:
Sinds december 2024 hanteert de provincie een nieuwe beleidsregel voor aanvragen. Deze worden voortaan in vier fasen getoetst. In de eerste fase ligt de focus uitsluitend op de ruimtelijke inpassing van het project. Pas in de tweede fase wordt beoordeeld in hoeverre er sprake is van lokaal eigendom.
De nieuwe regels maken duidelijk waar wel en geen ruimte is voor duurzame energieprojecten. Voor initiatiefnemers betekent dit dat projecten zorgvuldig moeten worden gepland. Windprojecten moeten aansluiten bij de nieuwe clusteringseisen en zonneprojecten beter moeten worden afgestemd op de aangescherpte zonneladder. Daarnaast verwacht de provincie dat bedrijven, energiecoöperaties en gemeenten samenwerken om projecten haalbaar en maatschappelijk gedragen te maken. Participatie en transparantie spelen hierin een grote rol.
Dit betekent echter wel dat sommige coöperatieve projecten moeten wedijveren met ontwikkelaars en in fase 0 en 1 alleen ruimtelijk beoordeeld worden.